Milieumelding of omgevingsvergunning
De regels voor het opslaan van vuurwerk staan in de Omgevingswet (opent in nieuw tabblad), met de bijbehorende Rijksregels uit het Besluit activiteiten leefomgeving (opent in nieuw tabblad) (Bal) en het Besluit kwaliteit leefomgeving (opent in nieuw tabblad) (Bkl) Dit zijn onder andere eisen aan maximale hoeveelheden, veiligheid, afstand tot woningen en interne afstanden, bijvoorbeeld de minimale afstand tussen de vuurwerkkluizen. In het Vuurwerkbesluit (opent in nieuw tabblad) staan regels voor bijvoorbeeld het in de handel brengen, tot ontbranding brengen en verkopen van vuurwerk.
Wanneer je als ondernemer minder dan 10.000 kg consumentenvuurwerk (categorie F1 en F2) wilt opslaan volstaat een melding. Bij meer dan 10.000 kilo consumentenvuurwerk en professioneel vuurwerk (categorie F4) of meer dan 25 kilo theatervuurwerk, heb je een vergunning nodig. Een melding of vergunning regel je via het Omgevingsloket (opent in nieuw tabblad).
Fop- en schertsvuurwerk (Categorie F1) is het minst gevaarlijke consumentenvuurwerk. Onterecht wordt het ook wel ‘kindervuurwerk’ genoemd, denk hierbij aan sterretjes, knalerwten en trektouwtjes. Van dit consumentenvuurwerk mag maximaal 200 kg zijn opgeslagen in de schappen bijvoorbeeld een super- of bouwmarkt zonder opslagvoorziening. Een complete lijst van fop- en schertsvuurwerk vind je in bijlage II van de Regeling aanwijzing consumentenvuurwerk (opent in nieuw tabblad). Bij meer dan 200 kilogram categorie F1 vuurwerk moet de opslag aan dezelfde eisen voldoen als bij ‘gewoon’ consumentenvuurwerk. Alhoewel het de praktijk weinig voorkomt dat er meer dan 200 kilogram wordt opgeslagen.
Omgevingsplan
Het is belangrijk om bij de gemeente na te gaan of u volgens het omgevingsplan vuurwerk mag opslaan en verkopen op het perceel waar u dat wilt doen. En als dat mag: hoeveel vuurwerk en welk vuurwerk daar maximaal opgeslagen mag worden.
Verkoopvergunning
In de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) van sommige gemeenten staat dat een bedrijf ook een vuurwerkverkoopvergunning moet hebben om vuurwerk te mogen verkopen. Dit is niet hetzelfde als een omgevingsvergunning milieu. Vraag daarom bij de gemeente na of u zo’n vuurwerkverkoopvergunning nodig hebt.
Verkoopdagen
In het Vuurwerkbesluit is geregeld wanneer de verkoop van vuurwerk is toegestaan. Fop- en schertsvuurwerk mag het hele jaar door verkocht worden. De verkoop van het overige consumentenvuurwerk (categorie F2) aan particulieren is drie dagen per jaar toegestaan, op 29, 30 en 31 december. Valt één van die dagen op een zondag, dan is verkoop toegestaan op 28 december.
OD Twente en vuurwerk
Team Vergunningen & Omgevingsadvies van de OD Twente behandeld meldingen en vergunningaanvragen voor de opslag en verkoop van consumentenvuurwerk. Gedurende het jaar en tijdens de verkoopdagen controleert team Toezicht & Handhaving de bedrijven die consumentenvuurwerk opslaan en verkopen, waarbij gecontroleerd wordt of de bedrijven voldoen aan de geldende wet- en regelgeving. Steekproefsgewijs kunnen deze controles plaatsvinden in samenwerking met de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) of de brandweer.
Uitgangspuntendocument
De verkoop van vuurwerk begint met een goedgekeurd Uitgangspuntendocument (UPD) voorheen het “Programma van Eisen (PvE)”. Het UPD beschrijft de uitvoering van de brandbeveiligingsinstallatie. Dit is de basis van de voorzieningen die u moet treffen om vuurwerk op te slaan en te verkopen. Voorkom investeringen die niet aan de regels voldoen door uw UPD eerst aan Omgevingsdienst Twente voor te leggen. Wij kijken in samenspraak met de regionale brandweer of uw UPD voldoet aan de geldende regelgeving.
Het UPD is vijf jaar geldig. Laat hierna het UPD opnieuw toetsen aan de geldende regels, laat dit uitvoeren door een erkend bedrijf. Het advies is voorafgaand aan het vuurwerkseizoen tijdig te kijken of het UPD nog geldig is. Let op: het is niet toegestaan installaties aan te leggen of te veranderen zonder een goedgekeurd UPD.
Ons advies is om als bedrijf op tijd het nieuwe, gewijzigde of geactualiseerde UPD, of de vijfjaarlijkse toetsing, met ons te delen, zodat wij voldoende tijd hebben om deze te beoordelen en (indien nodig) advies te vragen aan de brandweer. U ontvangt altijd een schriftelijk bericht met onze bevindingen.
Elk jaar inspecteert een inspectie-instelling of de brandbeveiligingsinstallatie en het gebruik overeenkomen met het uitgangspuntendocument brandbeveiliging.
Professioneel vuurwerk ontsteken
Voor het bedrijfsmatig afsteken van vuurwerk heb je een zogenaamde toepassingsvergunning (opent in nieuw tabblad) nodig van de Inspectie Leefomgeving en Transport. Wanneer u als gecertificeerd vuurwerkbedrijf een toepassingsvergunning hebt gekregen, moet u iedere keer dat u vuurwerk wilt afsteken toestemming vragen aan de provincie Overijssel. Het gaat om de zogeheten ontbrandingstoestemming.
Transport van vuurwerk
Informatie over de eisen voor het transporteren van vuurwerk is te vinden op vervoer vuurwerk over de weg (opent in nieuw tabblad).
Verbod op bepaalde vuurwerkartikelen
Sinds 1 december 2020 mogen vuurwerkverkopers en consumenten niet meer in het bezit zijn van sommige vuurwerkproducten (opent in nieuw tabblad), deze producten zijn niet meer aangewezen als consumentenvuurwerk. Dit betekent dat de artikelen niet meer mogen worden verkocht aan of afgestoken door consumenten. Ook mogen deze producten niet meer aanwezig zijn in de opslag- en verkooppunten.
Overige wet- en regelgeving
Naast de hiervoor genoemde wet- en regelgeving kunnen gemeenten nog andere regels stellen met betrekking tot de opslag en verkoop van vuurwerk, voor meer informatie hiervoor moet u contact opnemen met uw gemeente.
Kennisbank
Carbidschieten is een oude traditie waarbij flinke knallen worden veroorzaakt met behulp van een brok carbid en een melkbus. Vroeger…